Raoul
Dufy et moi, Erica Huber; een inspirerende ontmoeting.
Op een
avondwandeling bij mij in de buurt, liep ik voorbij de etalage van een grote
tweedehandswinkel. Pal tegen het glas stond een enorm schilderij dat mij bekend
voor kwam. Ik genoot meteen van de lijnvoering en het monochrome van de kleur;
vooral knalblauw. Hoewel het al laat was met een ondergaande zon, nam ik er een
foto van.
Een paar weken later liep ik
weer langs die etalage. Aangenaam verrast zag ik het schilderij daar nog staan.
Weer genoot ik ervan. Het beeld bleef bij me en ik realiseerde me dat het van
Raoul Dufy moest zijn. De grote inspirator voor kunstenaars als Walasse Ting, cartoonisten
als Saul Steinberg en de vele vele moderne boekillustratoren. Als meest
invloedrijke stofontwerper drukte hij letterlijk en figuurlijk zijn stempel op
de modewereld van de 1e helft van de 20e eeuw. (Zie de afbeeldingen.)
.jpeg)
(!180x142).jpg)
.jpg)
Nog een
week later moest mijn geliefde naar de
winkel ernaast. Inmiddels besloot ik dat ik spijt zou krijgen als ik er nu
niets deed met dat schilderij. Alleen, het was heel erg groot en als schilder
hangt ons huis al vol.
Toch vroeg
ik hem te informeren naar de prijs en als die okee was, het mee te nemen.
En ja
hoor! Hij had geïnformeerd, afgedongen want beschadigingen aan de lijst, en het
ding meegekregen voor een goede prijs. Thuisgekomen bleek het een enorme poster
te zijn die heel mooi ingelijst in hout en achter glas een ton woog. Gigantisch
in onze kleine woonkamer. En ook gigantisch blauw!
Na een tijdje kijken
besloot ik dat ik meer duiding wilde in dit beeld. Alleen op de vlakken buiten
de ramen zou ik kleur willen aanbrengen. Maar ja, het zat achter glas. En is
het eigenlijk ethisch verantwoord om te
gaan schilderen in het werk van een andere schilder? Een reeds lang overleden
schilder bovendien. Hij zou er niets tegen in kunnen brengen als hij dat zou
willen.
Zoals zovelen tegenwoordig mediteer ook ik
dagelijks. En ik heb gemerkt dat als ik issues heb en het probleem goed
formuleer in een vraag, ik verrassende en heel bruikbare antwoorden kan
krijgen. In een meditatie besloot ik het te proberen te vragen aan Monsieur
Raoul Dufy.
Het antwoord kwam direct helder en duidelijk
binnen: “Ja beste collega, ga gerust je gang!”
Dit zou een soort samenwerkingsverband zijn over
de grenzen van leven en dood heen. Heel bijzonder wel. Ik stelde het hem voor
en het enthousiaste antwoord was weer duidelijk en direct: “Cool!! Doen!!” (Oftewel
“Nickel!”, Cool in ’t frans...)
Wauw
geweldig! Ik voelde me verguld en in de wolken!
Maar ja, die glasplaat. Schilderwerk zit nooit
achter glas. Men wil de verf kunnen voelen. Nou ja, dat zou ik later wel
besluiten.
Vol vertrouwen ging ik vrijwel direct aan de slag.
Ik legde het enorme en loodzware ding van 127 bij 103cm face down op de
eettafel. In de lengte paste het, maar in de breedte stak het aan beide zijden 10cm
over de tafelranden.
Aan de achterkant trof ik wel honderdduizend
nieten aan. Ik wrikte aan 3 zijden met een schroevendraaier en tang de nieten
eruit en dacht de afbeelding er dan uit te zullen kunnen schuiven. Helaas, ik
kwam nog meer karton tegen met rondom talloze spijkertjes om de afbeelding en
het glas vast te klemmen in de goudkleurige lijst. Dat verklaarde het gewicht
van het ding.
Om verder
te kunnen zou ik ook de laatste zijde met nieten eerst los moeten halen.
Teneinde er wat beter bij te kunnen, schoof ik het geheel een beetje naar links en toen... KRAK!! Oh neee... het was over de rand van de tafel geschoven en het glas was geknakt... Wat een ramp! Zucht... hoe kon ik dat nou doen?! Tja, het dilemma over het glas leek te zijn besloten... met schilderen nu nog duidelijker als bedoeling.
.jpg)
.jpeg)
(!330x215).jpeg)
Na alle
opruimerij kon ik eindelijk verder. Interieurs boeien mij al sinds mijn jeugd.
De intieme sfeer en hoe het licht speelt met alle vormen en kleuren. Ook deze
zomer was ik weer in de ban van hoe het zonlicht alles in mijn woonkamer verlichtte
en verbond.
Toch is dit
oorspronkelijk niet mijn schilderij en daarom wilde ik er alleen het hoogst
nodige aan veranderen.
Onder de lijst waren gekleurde
randjes tevoorschijn gekomen. Op het internet zocht ik hoe het origineel er had
uitgezien. Met niet al te veel moeite vond ik afbeeldingen van Interieur à Deux
Fenetres à Nice. Het was oorspronkelijk een lithografie van 65,3 bij 54 cm in sterke
rood en blauw contrasten. Klein en een kleurstelling die mij eerlijk gezegd
nooit heeft aangesproken. Maar sowieso waren alle rood, geel en mengnuances nu
verdwenen. Er was alleen nog blauw en zwartig te zien.
Mijn behoefte was het om in
ieder geval het verschil tussen binnen en buiten zichtbaarder te maken.
‘Buiten’ misten groen, rood, oranje en geel. Omdat ik zo min mogelijk wilde
veranderen, onderzocht ik eerst op de iPad de mogelijkheden. Al snel bleek dat
ik het blauw niet kwijt wilde. Het blauw, die heerlijke
kleur van zee en zomerse
Zuid-Europese lucht. Die schilder ik zelf maar zelden. Ik dacht, samen met
lichtgeel, groen en oranje brengt dat helemaal zomer in huis! Vakantie!
.jpeg)
.jpeg)
.jpg)
Om te zien wat het zou
doen met ons humeur, besloot ik het een winter in mijn huiskamer te houden.
Onze kinderen reageerden
aangenaam verrast. Over het algemeen hoor ik ze niet vaak heel enthousiast over
mijn werk. Of ik dat nou zo leuk vind, tja... laten we zeggen dat verandering
van spijs doet eten.
Ze vonden het zwarte lijnenspel
heel anders dan mijn werk. En heel gaaf! En ja dat vind ik ook.
Toch zal ik nu
voortaan niet ineens mijn werk laten schitteren door zwart lijnenspel. Iedereen
heeft zijn eigen stijl. Met dat idee en Mr. Raoul Dufy’s enthousiasme in mijn
achterhoofd, wist ik nu dat ik het helemaal mijn sfeer mocht geven.
Mijn sfeer voor binnen is
vaak warm getint. Van oker en gebrande sienna naar ultramarijn blauw. In dit
werk zit vooral veel cyaanblauw. En inmiddels ook lichtgroen, rood en oranje.
Het bleek heerlijk om in
dit schilderij te werken, er mijn sfeer in te maken. Het deels te veranderen
naar mijn behoefte van kleur.
Ik ontdekte dat Raoul
Dufy dit schilderij bij avondlicht moest hebben geschilderd. Mijn versie
daarentegen was overdag met volle zon.
Plotseling dook een herinnering
op, van zo’n 50 jaar terug, dat wij met ons gezin nachtelijk verdwaald langs de kust van de
prachtigste stad ooit reden. Paleizen, overhangende rotsen... zoiets moois had
ik nog nooit gezien. Het was Nice en ik zou het nooit vergeten!
Op google maps zocht ik naar
Nice, de boulevard... de baaien... En ja hoor, daar zag ik zowaar het huis van
waaruit dit beeld geschilderd moest zijn! 9 Quai Rauba Capeu Nice.
Het balkonhek, de twee
balkondeuren... Wat gaaf... en het blijkt nog een te huren vakantiehuis te zijn
ook!! Okee, het is best prijzig. Maar wat zou het bijzonder en prachtig zijn
als ik vanuit datzelfde appartement ooit de Baie des Anges zou kunnen
schilderen!!
Hij was toentertijd vast
bevriend met Brigitte Bardot. Samen aan de fruits de mer, een wijntje met
druiven en de heerlijkste kazen... droom droom. Zo kom ik de winter wel door!
Als ik zoek op wanneer
hij dit heeft geschilderd kom ik op ergens tussen 1925 en 1938. Dus met een
beetje goede wil
bekeken, hebben mr. Raoul Dufy en
ik ons nu niet alleen over de grenzen van leven en dood verbonden, maar ook nog
eens over de grens van een eeuw!
.jpeg)
.jpeg)
Tot slot
kwam ik afgelopen week deze lang bewaarde kaart van mijn enthousiaste en alweer
3 jaar geleden overleden schoonmoeder tegen. Zij stuurde mij die 10 jaar geleden.. Is dit een mooi toeval of wat? De
kaart is van haar bezoek aan de Dufy-expo in het Singer in Laren die duurde tot
11 januari 2015.
Onmiskenbaar
ervaar ik in dit verhaal een gevoel van bijzondere steun en verbondenheid! Ik liet me leiden door mijn intuïtie en moest er
wat voor doen, maar wauw, wat heeft het me veel moois gebracht! Ik ben heel blij met het proces en het eindresultaat van deze samenwerking. Dit wilde ik graag met jullie delen. 💫